EXAMEN 2020

Examenreglement

1. INLEIDING


Dit reglement bevat gegevens betreffende het examen voor het NESM diploma sportverzorging en massage en het deeldiploma “klassieke massage”. NESM betekent: Nederlandse Examenstichting Sportverzorging en Massage.
De theorietentamens worden gedurende de cursus door het opleidingsinstituut afgenomen. Het opleidingsinstituut maakt een PVTA (= Plan Van Toetsing en Aanpak). Hierin staan o.a. de data waarop de toetsen worden afgenomen en de hoofdstukken die bestudeerd moeten worden per toets.
Na aanmelding en betaling ontvangt de kandidaat bericht waar en wanneer het praktijkexamen kan worden afgelegd.
De hoogte van de examengelden wordt elk jaar opnieuw vastgesteld door de NESM.
De examencommissie, tijdens de praktijkexamens, wordt aangewezen door de NESM.
De voorzitter van de examencommissie is altijd een lid van het bestuur van de NESM.
De organisatie van het praktijkexamen is in handen van het opleidingsinstituut in samenwerking met de NESM.
Alle correspondentie betreffende het examen gelieve u te richten aan het secretariaat van de NESM. (info@nesm.nl)

2. BEGRIPSBEPALING
De instelling
Nederlandse Examenstichting Sportverzorging en Massage, afgekort NESM.

Tentamen
Schriftelijke ondervraging aan de hand van de door de examenstichting te stellen eisen, ter verkrijging van het diploma Sportverzorging en massage van de NESM.

Examen
Praktijktoets aan de hand van de door de examencommissie te stellen eisen, ter verkrijging van het diploma Sportverzorging en massage van de NESM.

Hertentamen
Deeltentamen van dat deel waarvoor de kandidaat in eerste instantie geen voldoende heeft gehaald.

Herexamen
Herkansing van dat deel waarvoor de kandidaat in eerste instantie niet is geslaagd.

Examinator
Degene die bevoegd belast is met het afnemen en beoordelen van de examenonderdelen

Examencommissie
De commissie belast met het algehele toezicht op de examens ter verkrijging van het diploma Sportverzorging en massage NESM.

Examenbureau
Het bureau dat door de instelling is belast met de uitvoering van de in dit reglement genoemde artikelen 2 t/m 11.

Voorzitter examen
De door de NESM aangestelde persoon die toezicht houdt op en verantwoordelijk is voor de algemene gang van zaken op de examendag.

Gecommitteerde
Diegene die namens de NBSM toezicht uitoefent op de examens.

Kandidaat
Hij of zij die ter deelneming aan het examen door het examenbureau is ingeschreven en op de dag van het examen de meerderjarige leeftijd heeft bereikt.

Legitimatiebewijs
Een door de overheid uitgegeven, niet fraudegevoelig bewijs, voorzien van pasfoto en persoonsgegevens, bestaande uit voornamen, achternaam, geboorteplaats, geboortedatum, alsmede de handtekening van die kandidaat, waarmee de kandidaat kan bewijzen dat hij/zij de persoon is, voor wie hij/zij zich uitgeeft.

Uitslag
Het vastgestelde resultaat van het examen.

(deel)Diploma
Het bewijs dat een kandidaat ontvangt wanneer hij/zij geslaagd is voor het examen.

Licentie
Een draagbaar bewijs dat de kandidaat ontvangt en waarop de volgende verklaring is opgenomen:
'ondergetekende verklaart zich als sportverzorger/masseur te zullen onthouden van posttraumatische en pathologische behandelingen en verklaart bekend te zijn met de voorwaarde, dat bij overtreding hiervan de bij het diploma behorende licentie aan hem/haar kan worden ontnomen'.
De B-licentie is 4 jaar geldig. B is de basiscursus sportverzorging en massage. Doet een sportmasseur / verzorger met het B diploma de cursus blessurepreventie dan krijgt hij/zij de A-licentie. Dit diploma is 5 jaar geldig. Na 4 of 5 jaar is er een verkorte (herhalings)-cursus, zonder examen, om de licenties te behouden voor weer 4 of 5 jaar.

Scorelijst
Lijst met de norm en de score van de kandidaat.

3.
DOELSTELLINGEN VAN HET EXAMEN SPORTVERZORGING EN MASSAGE

Het examen sportverzorging en massage NESM dient om na te gaan of de kandidaten voldoende theoretisch kennis en praktische vaardigheid bezitten om:
- op het gebied van massage en sportverzorging een adequate behandeling te geven;
- zowel preparatief als preventief te kunnen handelen;
- in noodsituaties eerste hulp te kunnen verlenen incl. reanimatie met AED. (CPR (Cardiopulmonare Resuscitatie) en het werken met de AED (Automatische Externe Defibrillator)
- te kunnen functioneren in een sport(medisch)begeleidingsteam
- voorlichting te kunnen geven aan sporters omtrent sport specifieke onderwerpen.

4. VOOR DE AFZONDERLIJKE VAKKEN

4.1 Anatomie
Testen of de kandidaat voldoende basiskennis en inzicht van de anatomie heeft om:
- zelf, in een gegeven situatie, beslissingen te kunnen nemen over de toe te passen behandeling van de sporter;
- eventueel mondelinge of schriftelijke aanwijzingen, welke betrekking hebben op zijn te geven behandeling, te begrijpen;
- door hem waargenomen veranderingen in het normale rust- en bewegingsbeeld van de sporter op de juiste manier te verwoorden;
- contra-indicaties te onderkennen.

4.2 Fysiologie
Testen of de kandidaat beschikt over voldoende kennis van en inzicht in de leer der
levensverrichtingen om:
- contra-indicaties te onderkennen;
- de samenhang tussen de verschijnselen die optreden bij inspanning te begrijpen (aanpassing van het lichaam op korte termijn);
- de effecten van training zowel op lokaal niveau als op het gehele lichaam te begrijpen en te kunnen verklaren;
- de begrippen belasting / belastbaarheid te begrijpen en te kunnen verwoorden.

4.3 Verzorging
Testen of de kandidaat beschikt over voldoende kennis, inzicht en vaardigheden om verantwoord te handelen bij zowel de preventie van als bij de te nemen maatregelen bij letsels c.q. blessures en ongevallen.

4.4 Massage
Testen of de kandidaat beschikt over:
- voldoende kennis van en inzicht in de betekenis en achtergronden van de massage (op basis van
verworven kennis en inzicht uit de vakken anatomie en fysiologie);
- voldoende vaardigheid in het toepassen van massagehandgrepen om een gezond persoon in een
optimale conditie te brengen en te houden;
- voldoende vaardigheid om aangepaste behandelingen te geven onder wisselende omstandigheden en op verschillende tijdstippen.
- zowel sporters als niet sporters een aangepaste massagebehandeling te geven

4.5 Sporthygiëne
Testen of de kandidaat voldoende kennis en inzicht heeft om:
- te waken over de gezondheid van de sporter met betrekking tot de sportbeoefening;
- profylactisch werkzaam te kunnen zijn tegen eventuele nadelige invloeden van de sport;
- adviezen te kunnen geven inzake verantwoorde sportbeoefening.

5.TENTAMENEISEN
Voor zover relevant binnen de deeldoelstellingen voor het examen sportverzorging en massage gelden de volgende exameneisen:

5.1 Anatomie
Kennis en toepassing van de officieel vastgestelde nomenclatuur;
kennis van en inzicht in de bouw en de functie van het skelet;
kennis van en inzicht in de bouw en de functie van de skeletverbindingen;
kennis van en inzicht in de bouw en de functie van de skeletspieren;
kennis van en inzicht in de kinesiologie van de mens;
kennis van en inzicht in de bouw en de functie van het zenuwstelsel.

5.2 Fysiologie
Kennis van het begrip fysiologie;
kennis van de begrippen cel, weefsel, orgaan, orgaanstelsel en organisme;
kennis van de samenwerking van de orgaanstelsels, uitgaande van de bewegende mens;
kennis van de animale en vegetatieve levensfuncties zoals:
- stofwisseling;
- rust-, herstel- en arbeidsstofwisseling (anabolisme– katabolisme),
- potentiële en kinetische energie;
- prikkelbaarheid, prikkeloverdracht en prikkelgeleiding;
- groei;
- herstel;
- beweging;
- training

Vanuit de gegeven samenwerking van de orgaanstelsels in rust en tijdens inspanning een nadere
uitwerking van de orgaanstelsels, te weten:
- hart- en bloedvatenstelsel
- spierstelsel
- ademhalingsstelsel
- spijsverteringsstelsel
- uitscheidingsstelsel en warmteregulatie
- hormoonstelsel
- zenuwstelsel
- zintuigstelsel
- doping.

5.3 Massage
5.3.1 Theoretische kennis
Kennis van de historische ontwikkeling;
kennis van en inzicht in de verklaring van de effecten van massage;
kennis van en inzicht in de effecten van uitvoeringswijzen van de handgrepen;
kennis van de benamingen van de handgrepen;
kennis van en inzicht in de toepassing van de verschillende uitgangshoudingen.
kennis van en inzicht in contra-indicaties;
kennis van en inzicht in massage beïnvloedende factoren;
kennis van en inzicht in het gebruik van massagetussenstof;
kennis van de inrichtingseisen van een massageruimte;
kunnen samenstellen van een massageplan.

5.3.2 Praktische toepassing
beheersen en uitvoeren van het palpatieprotocol (onderzoek)
vaardigheid van het uitvoeren van massagehandgrepen (techniek)
uitvoeren van een massagebehandeling (gericht)
beschikken over variatiemogelijkheden (aanpassingen)
toepassen van verschillende technieken (effect)
geven van een gerichte massage (opbouw en indeling)

5.4 Verzorging
5.4.1 Theoretische kennis
kennis van de algemene regels voor eerste hulp;
kennis van de stoornissen in de algemene toestand, de hierbij optredende symptomen en de te nemen maatregelen;
kennis van de algemene letsels, de hierbij optredende symptomen en de te nemen maatregelen;
kennis van de specifieke sportletsels, de hierbij optredende symptomen en de te nemen maatregelen;
kennis van en inzicht in de (blessure)preventie in de sport;
kennis van en inzicht in de functietesten met de daarbij behorende criteria voor het beoordelen van het bewegingsapparaat;
het onderkennen van symptomen van acute- en chronische sport gerelateerde letselvorming;
kennis van het assortiment hulp- en verbandmaterialen (sportverzorgingsartikelen);

5.4.2 Praktische toepassing
Het toepassen van zorgverlening bij acuut sportletsel.
Het geven van reanimatie volgens de richtlijnen van de ERC (European Resuscitation Council).
Het bestrijden van kramp. (schudmethode, antagonistenmethode, rekmethode).
Het kunnen afnemen van een anamnese.
Het kunnen beoordelen van de inspectie.
Het uitvoeren van een functieonderzoek. (actief / passief / weerstand) unnen interpreteren van de bevindingen uit het onderzoek.
Het kunnen aanleggen van preventieve bandages.
Het juist doseren en het correct gebruik van hulp- en verbandmaterialen (sportverzorgingsartikelen).
Het doelgericht toepassen (functioneel) en uitvoeren van tests na het aanleggen van een preventieve bandage (functionaliteittest).
Het geven van adviezen omtrent (blessure)preventie en voorkoming van recidieven van sportletsel.

5.5 Sporthygiëne
Kennis van het begrip hygiëne;
kennis van de organisatie en de inhoud van de sportkeuring;
kennis van en inzicht in de medische begeleiding;
kennis van en inzicht in de samenhang van belasting en belastbaarheid;
kennis van de lichaamsverzorging;
kennis van sportkleding en schoeisel;
kennis van en inzicht in klimaatinvloeden;
kennis van de sporttypologie;
inzicht in de samenhang tussen sportbeoefening en leeftijd;
inzicht in voedingssamenstelling;
enige kennis van en inzicht in gebruik van sportaccommodaties
enig inzicht in de dopingproblematiek:


6. REGLEMENT EXAMEN SPORTVERZORGING EN MASSAGE NESM
Artikel 1: examendata
De examendata worden ten minste drie maanden van tevoren aan alle geregistreerde opleidingen bekend gemaakt.

Artikel 2: Examencommissie
De examencommissie wordt jaarlijks benoemd per examenlocatie door het bestuur van de NESM.
De examencommissie oefent het algemeen toezicht uit op de georganiseerde examens.
De examencommissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

Artikel 3: Totstandkoming van de opgaven voor de tentamens.
Het secretariaat stelt, op verzoek van de opleidingsinstituten, de tentamenopgaven samen vanuit een vastgesteld vragenbestand. De stichting ziet er op toe dat de tentamenopgaven de voor het tentamen te bestuderen leerstof niet te buiten gaan. De Examenstichting stelt de normen vast die bij de beoordeling van het examenwerk moeten worden gehanteerd.
De tentamenopgaven worden door de stichting met de vereiste zorg voor geheimhouding vastgesteld.

Artikel 4: Inschrijven, annuleren.
1. Voor de theorietentamens en het praktijkexamen worden als kandidaat ingeschreven:
a. cursisten die de opleiding sportverzorging en massage geheel of gedeeltelijk hebben gevolgd.
b. andere belanghebbenden, ter beoordeling van de stichting.

De aanmelding en de betaling voor het praktijkexamen dienen plaats te vinden op de door de stichting voorgeschreven wijze. Andere vormen van aanmelding c.q. betaling worden niet in behandeling genomen. De betaling dient uiterlijk 6 weken voor de examendatum in het bezit te zijn van de stichting. Indien de kandidaat door overmacht niet aan de theorietentamens kan deelnemen, kan tot de tentamendatum contact worden opgenomen met het opleidingsinstituut. Indien de kandidaat door overmacht niet aan het praktijkexamen kan deelnemen, kan tot de examendatum schriftelijk contact worden opgenomen met de stichting. De betaalde kosten worden onder aftrek van administratiekosten terugbetaald indien overmacht schriftelijk kan worden aangetoond e.e.a. ter beoordeling van de stichting. Verzoeken hieromtrent na de examendatum worden niet in behandeling genomen.

Artikel 5: Toezicht op de theorietentamens en het praktijkexamen.
Het opleidingsinstituut is op de tentamendag verantwoordelijk voor het toezicht en is tevens verantwoordelijk voor het zorgvuldige vervoer van de tentamenopgaven op de examendag. Hij zorgt dat het tentamen ordelijk en volgens de regels van dit reglement verloopt. De stichting kan, ter controle, een afgevaardigde sturen naar een of meerdere tentamens. De voorzitter van de examencommissie is op de examendag verantwoordelijk voor het toezicht.
Hij zorgt dat het examen ordelijk en volgens de regels van dit reglement verloopt. Zowel voor als tijdens het examen dient de kandidaat zich desgevraagd te kunnen legitimeren met een geldig legitimatiebewijs. Als zodanig worden aangemerkt: paspoort, rijbewijs en een toeristenkaart. Indien een legitimatiebewijs in een vreemde taal wordt aangeboden dient dit vergezeld te gaan van een Nederlandse vertaling door een op ambtseed bij de rechtbank als zodanig beëdigde vertaler in de taal waarin het legitimatiebewijs van de kandidaat zich wenst te bedienen. Indien de kandidaat zich niet kan legitimeren is deelneming aan het praktijkexamen uitgesloten. De kandidaat wordt indien hij hiervoor in aanmerking komt weer uitgenodigd voor het volgend praktijkexamen. Restitutie van examengelden vindt in dit geval niet plaats.

Artikel 6A: Normering en beoordeling theorietentamen
1. Het oordeel over de kennis en de bekwaamheid van de kandidaten wordt uitgedrukt door een van de cijfers 1 t/m 10,
2. Bij het vaststellen van het eindcijfer, van alle tentamens per vak, wordt steeds afgerond tot een geheel getal. Hierbij wordt bij een gemiddelde van 2 of meer cijfers achter de komma, na het eerste cijfer afgebroken. Daarna wordt dan 0,4 naar beneden en 0,5 en hoger naar boven afgerond. Een eindcijfer lager dan een 1 wordt niet gegeven.3. De kandidaat is geslaagd voor het theorietentamen als hij/zij voor elk tentamen tenminste een 6 heeft behaald.
4. Indien de kandidaat niet slaagt, dan heeft de kandidaat bij een eventueel hertentamen recht op vrijstelling voor die tentamenonderdelen waarvoor ten minste een voldoende (6 of hoger) werd behaald. Voor de tentamenonderdelen waarvoor geen voldoende werd behaald zal de kandidaat opnieuw tentamen moeten doen. De vrijstellingen blijven ten hoogste de twee eerstvolgende examens geldig, met dien verstande, dat de kandidaat het gehele theorietentamen binnen 18 maanden met goed gevolg dient af te leggen.

Artikel 6B: Normering en beoordeling praktijkexamen
1. Tijdens het praktijkexamen wordt voor de beoordeling door de examinator gebruik gemaakt van een examenprotocol. Het examenprotocol is ook in het bezit van de opleider. De opleider geeft uitleg aan de kandidaten over het protocol.
2. Uitsluitend de kandidaten die zijn geslaagd voor het theorietentamen mogen deelnemen aan het praktijkexamen. (alle toetsen voldoende)
3. Om te slagen voor het praktijkexamen moet de kandidaat voor alle onderdelen (verzorging en massage) een voldoende scoren. Indien de kandidaat hierin niet slaagt dan moet voor het onderdeel waarvoor geen voldoende werd gescoord opnieuw examen worden gedaan. Het onderdeel waarvoor een voldoende werd gescoord geeft vrijstelling voor dat onderdeel voor de twee eerstvolgende examens, met dien verstande, dat de kandidaat het volledige praktijkexamen voldoende dient af te leggen binnen 18 maanden nadat hij is geslaagd voor het theorietentamen.
4. De uitslag van het praktijkexamen wordt de kandidaten d.m.v. een scorelijst bekend gemaakt.
5. Aan geslaagde kandidaten wordt een diploma, plus bijbehorende licentie verstrekt. Toezending van diploma’s cijferlijsten en licenties geschiedt uiterlijk 4 weken na afloop van de laatste examendag. De diploma’s zijn ondertekend door de voorzitter van de examencommissie en de gecommitteerde.

Normering
Examen onderdeel Sportverzorging:
1.Anamnese
2. Inspectie
3. Functieonderzoek
4. Opstellen behandelplan sportverzorging en massage
5. Tapen/bandageren
6. Krampbestrijding
Dus 6 onderdelen totaal. Om te slagen moet voor de essentiële onderdelen functieonderzoek en tapen/bandageren een voldoende behaald worden en een voldoende voor tenminste 2 van de 4 niet essentiële onderdelen. Bij een onvoldoende op één van de twee essentiële onderdelen of meer dan 2 onvoldoendes op de niet essentiële onderdelen is men voor het examenonderdeel Verzorging gezakt en dient men een herexamen te doen.

Normering
Examen onderdeel Massage:
1. Palpatie
2. Intermitterend drukken
3. Effleurages
4. Pétrissages
5. Fricties
6. Schuddingen/tapotements
7. Verzorgingsaspecten
8. Verantwoord uitvoeren massageplan
Hier dus 8 onderdelen, waarbij voor het essentiële onderdeel verantwoord uitvoeren massageplan een voldoende behaald moet worden. Daarnaast is voor één van de essentiële onderdelen effleurages of pétrissages één onvoldoende toegestaan.
Per onderdeel kan een voldoende gescoord worden, in totaal kan men 8 voldoenden scoren waarbij 2 onvoldoendes op de niet essentiële onderdelen toelaatbaar is. Of één van de onderdelen, effleurages of pétrissages, en één niet essentieel onderdeel.
Bij een onvoldoende op verantwoord uitvoeren massageplan of meer dan 2 onvoldoendes op de niet essentiële onderdelen is men voor het examenonderdeel Massage gezakt en dient men een herexamen te doen.

Artikel 7: Regeling bij onderbreken en of het verlaten van het theorietentamen en/of praktijkexamen.
1. Het verlaten van de theorie-tentamenruimte is alleen toegestaan met toestemming van de toezichthoudende functionaris die wordt aangewezen door de examencommissie. Indien een kandidaat het examen voortijdig onderbreekt dan zal de kandidaat het gehele theorietentamen en/of praktijkexamen over moeten doen. Kandidaten die door bijzondere omstandigheden geen examen kunnen doen in de ruimten waar het theorietentamen en/of praktijkexamen wordt afgenomen kunnen bij inschrijving een verzoek indienen om elders hun examen af te leggen. De wijze waarop het examen dan wordt afgenomen behoeft de goedkeuring van de stichting. Zij beoordeelt tevens of er sprake is van bijzondere omstandigheden.

Artikel 8: Regeling met betrekking tot bedrog en onregelmatigheden
De kandidaat die tijdens het examen opzettelijk informatie put uit andere bronnen dan welke uitdrukkelijk zijn toegelaten, of op andere wijze opzettelijk handelt in strijd met dit reglement maakt zich schuldig aan bedrog. Iedere kandidaat die zich schuldig maakt aan bedrog wordt van verdere deelname aan het examen uitgesloten. In overige gevallen van onregelmatigheden kan de voorzitter van de examencommissie beslissen dat de kandidaat van verdere deelname aan het examen wordt uitgesloten.
De voorzitter van de examencommissie doet van zijn op grond van dit artikel genomen, beslissingen binnen drie dagen schriftelijk mededeling aan de stichting.

Artikel 9: Regeling met betrekking tot beroep.
1. De kandidaat heeft het recht het theorietentamenwerk in te zien.
2. De kandidaat kan protest aantekenen tegen de gevolgde procedure op het praktijkexamen.
Protesten tegen de waardering worden niet in behandeling genomen. Een gemotiveerd protest moet schriftelijk, binnen 10 dagen na het examen, worden ingediend bij de stichting.
Indien de stichting het protest honoreert, moet het betreffende praktijkexamen worden overgedaan op een door de stichting te bepalen tijd en plaats.
3. Uiterlijk een maand na ontvangst van het bezwaarschrift neemt de stichting in deze een beslissing.
De beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd aan de kandidaat medegedeeld.
4. Tegen deze beslissing staat geen beroep open.
5. Een kopie van het protocol van het praktijkexamen kan tegen een vergoeding worden aangevraagd bij de stichting. Deze kopie wordt na afloop van de gehele examencyclus toegezonden.

Artikel 10: Afwijkende wijze van examineren.
De stichting kan toestaan dat een minder valide kandidaat het theorietentamen en/of praktijkexamen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de stichting de wijze waarop het theorietentamen en/of praktijkexamen zal worden afgelegd.
Voordat het theorietentamen en/of praktijkexamen wordt afgelegd moet de stichting hiervan mededeling doen aan de examinator. De wijze van examineren is zodanig dat de eisen die bij het theorietentamen en/of praktijkexamen aan de kandidaat worden gesteld, zoveel mogelijk gelijk zijn aan die voor andere kandidaten.

Artikel 11: Slotbepalingen.
1. De schriftelijke tentamens worden tenminste 3 maanden na de gehele examencyclus, in het archief van het opleidingsinstituut bewaard.
In het archief van de stichting worden de examenbescheiden, zoals beoordelingsprotocollen en de uitslagen van de examens bewaard. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, of onvoldoende duidelijkheid verschaft, beslist op het moment van theorietentamen de opleider en bij het praktijkexamen de examencommissie. In alle overige gevallen de stichting. Dit reglement kan worden aangehaald als het examenreglement voor het diploma sportverzorging en massage NESM.